Doorgaan naar hoofdcontent

'We willen gewoon retegoed taalonderwijs geven aan onze leerlingen.'

Een belangrijk onderdeel van mijn opleiding is overleggen en samenwerken met mijn klasgenoten. Inmiddels weet ik dat ik in een fijne groep taalliefhebbers terecht ben gekomen. Van die mensen die, net als ik, in hun vrije tijd gesprekken voeren met iedereen die het maar wil horen over taal. En over onderwijs. En over een combinatie van beide. 

Vanmorgen kregen we tijdens ons overleg de vraag: Wat is jouw ambitie? Daar hoefde niemand lang over na te denken. We delen namelijk allemaal dezelfde missie: werken aan sterk taalonderwijs binnen onze onderwijssector. Of zoals een van mijn klasgenoten het verwoordde: 'We willen gewoon retegoed taalonderwijs geven aan onze leerlingen.'

Binnen mijn vakgebied, Nederlands, lijkt dat een vanzelfsprekend streven. Toch is de realiteit vaak weerbarstiger. Als ik terugblik op de afgelopen weken, zie ik vooral taken voor me als examineren, cijfers invoeren, planningen maken en talloze mails versturen. En over mijn niet-functionerend rooster wil ik het al helemaal niet hebben – (zucht...). Maar ‘retegoed taalonderwijs’? 

Het is gek hoe iets zo fundamenteels als 'goed taalonderwijs' soms naar de achtergrond verdwijnt. Hoeveel tijd ik eigenlijk besteed aan randzaken die er niet of nauwelijks mee te maken hebben. Dat voelt soms best demotiverend, zeker als ik ook nog collega's spreek die er een heel andere mening op nahouden over wat goed taalonderwijs is. Dat zet mij dan wel even aan het twijfelen: doe ik wat ik moet doen?

Daarom was het waardevol om vanochtend weer even stil te staan bij waarom ik dit doe. Om het doel en het middel opnieuw scherp te krijgen. Dus haal ik diep adem, duik de boeken in en ga verder met waar ik aan begonnen was: ideeën ontwikkelen voor goed taalonderwijs. Nee, retegoed taalonderwijs. Want ik wéét dat het belangrijk is. 

Reacties

Populaire posts van deze blog

Lezen is niet hip. Lezen is voor sukkels.

Tijdens mijn zoektocht naar geschikt materiaal voor mijn website beland ik – of ik nu wil of niet – middenin een ware stortvloed aan leespropaganda. Overal duiken ze op: websites, stichtingen en leesbevorderingscommissies, die me op alle mogelijke manieren willen overtuigen dat lezen superbelangrijk is. Jongeren die lezen? Die doen helemaal mee en schoppen het ver in de maatschappij.  Lezen zou zomaar de sleutel kunnen zijn tot een rijk en succesvol leven. Oké, misschien wordt dat laatste niet letterlijk zo gesteld, maar je begrijpt vast wat ik wil zeggen. Na flink wat uurtjes surfen denk ik: oké, boodschap ontvangen – lezen is belangrijk. Maar ondertussen zie ik in het nieuws, mijn opleiding en mijn werk telkens weer berichten langskomen die laten zien hoe het écht gesteld is met jongeren in het vmbo en mbo. Vele rapporten, waaronder het bekende PISA-onderzoek, schetsen een somber beeld: het leesgedrag van jongeren is zorgwekkend. Het is om te huilen. Er wordt nauwelijks gelezen. ...

Goed taalonderwijs in het mbo? Start met een visie!

Eén van de eerste dingen die ik leerde tijdens mijn taalopleiding was: begin met een visie. Je kunt je taalonderwijs nog zo aantrekkelijk en innovatief vormgeven, maar zonder een duidelijke visie ontbreekt het fundament. Het voelde behoorlijk vreemd dat ik, na jaren lesgeven in het mbo, nooit had stilgestaan bij de visie op taalonderwijs binnen mijn opleiding. Toen ik die wilde opzoeken, ontdekte ik dat er simpelweg geen specifieke taalvisie was. Ons curriculum bleek volledig gebaseerd te zijn op de examens die studenten moeten maken. Jammer. Want juist een sterke visie kan het onderwijs zoveel meer samenhang en diepgang geven. Na wat speurwerk vond ik een mooi geformuleerde visie op taalonderwijs in de kwaliteitsagenda van mijn onderwijsinstelling. Ietwat wollig, dat wel, maar de kern klopte: taalonderwijs zou aantrekkelijk, duurzaam, betekenisvol en contextrijk moeten zijn. Het waren termen die me bekend voorkwamen uit de literatuur van mijn opleiding. Toch bleef er een vraa...